Vierentwintig witte en één rode roos en een rood-wit-blauw lint – eigenlijk is het een veel te bescheiden huldeblijk aan Johan van Oldenbarnevelt, de eerste grote staatsman van Nederland. Maar het is de manier waarop de stichting Eén en Ander, geworteld in Den Haag, op 13 mei 2009 Oldenbarnevelts 390ste sterfdag herdacht. Het bestuur van de stichting deponeerde de bloemenhulde klokslag twaalf uur bij Oldenbarnevelts beeld aan de Lange Vijverberg.
‘Maak het kort’, sprak Oldenbarnevelt op 13 mei 1619 tot zijn beul, vlak voordat deze het zwaard liet neerdalen. Duizenden waren getuige van de onthoofding voor de Haagse Ridderzaal. Nadat het hoofd van de romp was gescheiden, drongen de mensen naar voren om hun zakdoeken te dopen in het bebloede zand. De eenzame rode roos in het boeket bij het beeld van Oldenbarnevelt is daar een verwijzing naar.
De stichting wil met de bloemenhulde Oldenbarnevelt gedenken om zijn ontzaglijke betekenis voor de wording van de Nederlandse staat. Hij leidde de jonge Republiek in een rebellie tegen de Spanjaarden die aanvankelijk bijna hopeloos leek. Een kwart eeuw later erkende Spanje de Nederlandse onafhankelijkheid en was de republiek voor de andere Europese grootmachten een factor om rekening mee te houden.
Voor de stichting Eén en Ander is de herdenking van Oldenbarnevelts 390ste sterfdag tevens een stil protest tegen het besluit van minister Ronald Plasterk om het Nationaal Historisch Museum (NHM) in Arnhem te vestigen, en niet in Amsterdam of Den Haag. “Hier gebeurt het, en daarom kun je de keuze voor Arnhem eenvoudig niet uitleggen. Het is niet voor niets dat er maar iets hoeft te gebeuren of de discussie wordt weer opgerakeld”, sprak voorzitter Gert Jan Verhoog bij de korte plechtigheid. Hij verwees daarbij naar de politieke commotie die er deze dagen is ontstaan, nu Arnhem van plan is om het NHM niet in nabijheid van het Openluchtmuseum te vestigen maar aan de oevers van de Rijn, en ook de canon van de Nederlandse geschiedenis als leidraad los te laten.
Comments